Twee meisjes ontmoeten elkaar in een café: Sophie gaat voor zes maanden naar Rome, Valerie logeert in haar appartement in Berlijn. We zullen de zomer met haar en haar vrienden in de stad doorbrengen. Valerie, een jonge schrijfster met een melancholisch karakter en een Jean Seberg-kapsel, is een scherp waarnemer. Zelf lijkt ze te neurotisch om spontaan te genieten van de charmes van de zomer. En misschien is dat de reden dat haar leven traag is. Ook de schrijfpogingen van het meisje lijden onder te veel controle, zo beweert haar recensent. Valerie zoekt zorgvuldig maar consequent naar een plek in het leven: hoe, waar en met wie ze moet leven. Ook probeert hij balans te vinden in het netwerk van relaties: onder vrienden, vrienden van vrienden en willekeurige kennissen.